Wie draagt er tegenwoordig niet een mooie accessoire waarmee de dagelijkse stappen kunnen worden geteld of de hartslag kan worden gemonitord? De smartwatches, fitbits en activity trackers zijn niet alleen heel ‘fashionable’, ze leveren ook waardevolle informatie op over het menselijk lichaam. Het gebruik ervan is dan ook de laatste jaren explosief toegenomen binnen de sportwereld, de gezondheidszorg, maar ook binnen het wetenschappelijk onderzoek.
Feedback over je lichaam
Wearables zijn apparaatjes die op het lichaam worden gedragen en feedback over lichamelijke signalen en het gedrag terugsturen naar de gebruiker. Naast het passief monitoren van lichamelijke functies en reacties, bieden wearables ook de mogelijkheid tot interventies op het gebied van gezondheid. Zo kunnen de apparaatjes bijvoorbeeld helpen bij het detecteren van een te hoge hartslag of bloeddruk (bijvoorbeeld door stress), je informeren over het aantal verbrande calorieën en hoeveel minuten er al getraind zijn.Binnen het wetenschappelijk onderzoek biedt het gebruik van wearables kansen om veel data te verzamelen van mensen in hun natuurlijke setting (thuis, op school, of op het werk) in plaats van in een laboratorium. Daarnaast is het qua tijdsinvestering ook een voordeel dat men niet naar het lab hoeft af te reizen.
Zelfregulatie
Onderzoekers binnen NeurolabNL werken momenteel aan een studie naar het gebruik van wearables bij jongeren die problemen ondervinden met het reguleren van hun gedrag (zelfregulatie). Zelfregulatie is een psychologisch fenomeen waarmee het onder controle houden van gedrag, emoties en gedachten bedoeld wordt. Problemen met zelfregulatie komen in toenemende mate voor bij tieners, bijvoorbeeld bij middelenmisbruik en agressie, maar ook bij eetstoornissen en zelfmoord problematiek. Deze zorgwekkende maatschappelijke ontwikkelingen laten zien dat het zeer belangrijk is om instrumenten te vervaardigen om jongeren te helpen die worstelen met zelfregulatie problemen.
Biomarkers
Om doeltreffende wearables te ontwikkelen op het gebied van zelfregulatie (i.e. het correct in beeld brengen van relevante lichamelijke functies), moet eerst goed in kaart worden gebracht welke lichamelijke maten relevant zijn om zelfregulatie goed te meten. Met andere woorden: wat zijn goede ‘biomarkers’ van zelfregulatie?De onderzoekers hebben op basis van literatuuronderzoek een aantal opties op het oog. Eén daarvan is de zogenoemde respiratoire sinus arrhythmie (RSA). RSA is hartslag variabiliteit -variatie in de tijdsintervallen tussen de hartslagen- die synchroon loopt met de ademhaling. RSA is geopperd als een betrouwbare maat voor de gevoeligheid voor stress en het vermogen zich aan te passen aan stressvolle situaties. Een hoge hartslag variabiliteit is ook gelinked aan meer zelfcontrole. Maar er bestaat nog discussie over hoe specifiek hartslag variabiliteit is voor bepaald gedrag en in bepaalde contexten. Problemen met zelfcontrole kunnen mogelijk ook worden gemeten via huidgeleiding. Huidgeleiding is gebaseerd op het principe dat de huid elektrische signalen afgeeft wanneer er een zweetreactie plaatsvindt. Deze productie van zweet in reactie op een bepaalde vorm van stress is mogelijk verlaagd in mensen met (te) weinig zelfcontrole. Al met al geeft de literatuur al interessante aanknopingspunten voor de ontwikkeling van wearables die geschikt zijn om (abnormale) zelfcontrole bij te sturen.
Symposium
Als je meer wilt weten over het gebruik en de ontwikkeling van wearables, organiseert NeuroLabNL onderzoeker Mandy Tjew-a-Sin van de Vrije Universiteit op woensdag 12 december de vijfde editie van het Wearables in Practice symposium. Dit symposium is bedoeld voor wetenschappers, ontwikkelaars en zeker ook voor gebruikers van wearables. Er zijn lezingen van toonaangevende wetenschappers in het veld, maar er kunnen ook hands-on workshops worden gevolgd en posterpresentaties worden bijgewoond. De voertaal is Engels en aanmelden voor het symposium kan hier. Ook goed als je nog wat (hersen)activiteit en extra stappen kunt gebruiken in de maand december!