Rosa Mulder heeft op 19 januari 2021 haar proefschrift genaamd “DNA-methylering en stress in de ontwikkeling van het kind. Een epidemiologische benadering” verdedigd. Dit project betrof een samenwerking tussen de Erasmus Universiteit, Universiteit Leiden en het Sophie Kinderziekenhuis. Ze was met name geïnteresseerd in hoe genen en de gezinssituatie het gedrag en de hersenontwikkeling van kinderen beïnvloeden.

In het onderzoek naar de interactie tussen genen en omgeving in de psychosociale ontwikkeling van het kind wordt epigenetica vaak aangewezen als vermoedelijk onderliggend mechanisme. Met epigenetica worden de moleculaire structuren op en rondom het DNA bedoeld, die de expressie van het DNA beïnvloeden. Omdat wordt gedacht dat deze epigenetische structuren zich aanpassen aan de omgeving waarin men opgroeit, wordt epigenetica gezien als een mogelijk mechanisme waardoor ‘nurture’ ‘nature’ kan beïnvloeden. Zo’n mechanisme zou kunnen verklaren hoe vroege stressvolle ervaringen ‘onder de huid kruipen’.

In de huidige studiereeks keken ze daarom naar epigenetica tijdens de ontwikkeling van het kind, in de grote prospectieve populatiestudie van Generation R Study in Rotterdam, waar mogelijk aangevuld met data uit de prospectieve populatiestudie van de Avon Longitudinal Study of Parent and Children (ALSPAC) in het Verenigd Koninkrijk. Ze onderzochten associaties tussen DNA-methylering – een vorm van epigenetica-  en stress in de ontwikkeling van het kind. Ze keken hierbij naar stress in de familie en stress in sociale relaties met leeftijdsgenoten. Ze vonden associaties tussen omgevingsfactoren – zoals sensitiviteit van de moeder en gepest worden – en DNA-methylering. Ze vonden ook dat DNA-methylering geassocieerd was met stressreactiviteit in het kind.
Als laatste hebben ze op epigenoomwijd niveau gekeken naar verandering in DNA-methylering door de kindertijd heen. Ze vonden dat DNA-methylering op de helft van de gemeten locaties verandert en ook vonden ze inter-individuele verschillen in verandering voor een kwart van de locaties. Deze informatie is online beschikbaar gemaakt in de vorm van een atlas.

Uit de onderzoeken kan geconcludeerd worden dat stress inderdaad “onder de huid kruipt” via de epigenetica. Voor wat betreft vervolgonderzoek heeft Rosa, samen met haar collega’s, een aantal voornemens. Ten eerste is het in toekomstig vervolgonderzoek belangrijk dat DNA methylatie wordt onderzocht op de langere termijn, door middel van herhaalde metingen. Ten tweede, als ze weten dat stress onder de huid kruipt via de epigenetica, wat doet dit dan met de hersenen? In vervolgonderzoek willen ze dit ook graag verder onderzoeken.
Uiteindelijk hopen we natuurlijk door al deze processen beter te begrijpen hoe we kinderen weerbaarder kunnen maken tegen vroege stressoren. Met het huidige onderzoek is hier al een belangrijke stap in gezet, door te laten zien dat stress en epigenetica geassocieerd zijn tijdens de ontwikkeling van het kind.

De illustratie van de omslag van het proefschrift is gemaakt door Christa Rijneveld.